Onze troeven:

  • Voorbereidend schrijven vanaf de eerste peuterklas: Schrijven is een complexe bezigheid. Het is een samenspel van oogbewegingen, handigheid, spierbeheersing, visueel geheugen, lateraliteit, …. Net als bij een boom is het belangrijk dat de wortels, de fundamenten, stevig verankerd zijn. Ze vormen de basis voor de verdere ontwikkeling. Met het kleuterteam en de leerkrachten van het eerste leerjaar volgden we navorming rond schrijfritmiek. De methode ‘Krullenbol’ kwam ook aan bod. Werken aan fijne motoriek  is plezier beleven, bewegen, ritmegevoel ontwikkelen, visuele vaardigheden trainen, handvaardigheid stimuleren, ruimtelijke begrippen leren hanteren en zoveel meer. We willen specifieke vaardigheden op een speelse manier oefenen en dit al van bij de start in de peuterklas. De vaardigheden die worden aangebracht in de kleuterklas worden uiteraard verder benut in de verdere loopbaan van het kind in het lager. Mede dankzij de financiële steun van het oudercomité konden we in november 2020 reeds starten met deze methode. Bij deze methode wordt gebruik gemaakt van heel wat specifiek spelmateriaal en allerhande inoefenmateriaal. Dat laatste werd volledig gefinancierd door ons oudercomité.
  • Initiatie en cursus Frans vanaf het 3de leerjaar gedurende een half uurtje over de middag tijdens volledige schooldagen. De initiatie in het 3de en 4de leerjaar geeft de kans de basiswoordenschat en de uitspraak in te oefenen. Het levert de kinderen een zekere voorsprong op, wanneer de lessen Frans in het vast lessenrooster zitten. In het 5de en 6de leerjaar is de cursus een aanvulling op hetgeen in de lessen gebeurt en een welkome extra kans om in te oefenen.
  • In de derde kleuterklas, het eerste en tweede leerjaar krijgen de leerlingen in het vast lessenrooster wekelijks 25 minuten initiatie in de Franse taal.
  • Kinderen uit het lager kunnen een gesprekje aanvragen.
  • Voor de leerlingen van het eerste tot vierde leerjaar is er één keer per week de mogelijkheid tot een uurtje ‘sportsnack’. Wie zich inschrijft, dient wel het volldige uur te blijven en dit gans het schooljaar volhouden.
  • Zontijd‘ voor de kinderen uit het lagere: op dagen dat er geen sport is, bewegen de kinderen tussen de lessen door enkele minuten buiten. Daarna is de concentratie in de klas weer beter.
  • Jaarlijkse creadag in het lager: Eénmaal per schooljaar. De kinderen van het lager krijgen op voorhand de keuze aan welke 3 van de ongeveer 10 workshops ze willen deelnemen. Ze weten evenwel niet bij welke leerkracht dat zal zijn. Eénmaal per schooljaar. De kinderen van het lager krijgen op voorhand de keuze aan welke 3 van de ongeveer 10 workshops ze willen deelnemen. Ze weten evenwel niet bij welke leerkracht dat zal zijn. Zo kan elk kind doen wat het heel leuk vindt. Aan de hand van de interesses worden ze verdeeld in groepen en komen ze in “hun” workshops met kinderen uit alle andere klassen, die ze op deze manier eens op een andere manier leren kennen.
  • Oog voor gezonde voeding en het milieu. Tijdens speeltijden eten de kinderen fruit. Kinderen brengen een herbruikbare waterfles mee. We proberen zoveel mogelijk afval te verwijderen.
  • De jaarlijkse toneelvoorstelling door de kinderen van het vierde leerjaar.
  • In het vierde leerjaar bieden wij een 10-week durende lessenreeks typles aan (Typ10).
  • Peer-tutoring: Daarbij helpt het 5de (de tutors) het 2de leerjaar (de peers) beter begrijpend te lezen door eenvoudige maar efficiënte leesstrategieën over te brengen. Ondertussen verankeren deze strategieën zich ook beter bij de kinderen van het 5de leerjaar en scoren ook zij beter op leesvaardigheidstesten, omdat zij deze strategieën zelf hebben moeten uitleggen en aanleren aan jongere kinderen. Ook op sociaal vlak heeft dit project een grote meerwaarde, waarbij de kinderen van het 5de zorg moeten dragen voor jongere kinderen en een enthousiaste en actieve leeshouding uitgelokt wordt bij zowel de peers als de tutors. Leerlingen van het 5de leerjaar begeleiden dus leerlingen van het 2de leerjaar in een één-op-één situatie, maar voordat de tutors beginnen krijgen ze van de leerkracht van het 5de een voorbereiding om een goede tutor te worden.
  • Ralfi- en connect-lezen.
  • Plattelands- en bosklas:

Het 3de en 6de leerjaar gaan op een meerdaagse uitstap. Dit is echt ervaringsgericht onderwijs, waarbij men echt de werkelijkheid instapt in plaats van “erover te leren” in de klas.

  • 3de leerjaar: 3 dagen op plattelandsklas naar Torhout
  • 6de leerjaar: een weekje naar St-Vith (Hoge Venen in Duitstalig België)

Uitstappen:

We kiezen uitstappen die didactisch en pedagogisch verantwoord zijn. Het moet leuk én leerrijk zijn, en mag de kosten mogen de jaarlijkse maximumfactuur niet overschrijden.

Een greep uit de uitstappen die vaak terugkeren: sportdagen, theater- en/of muziekvoorstelling bijwonen, museumbezoek, naar het bos, naar de boekenbeurs, naar de Bourgoyen, naar het Gravensteen, ….

Inspraak:

  • De kinderen zijn vertegenwoordigd in de leerlingenraad, voorgezeten door 3 verkozen kinderen van het 6de leerjaar. Zij bereiden de vergaderingen voor, vergaderen met alle verkozen vertegenwoordigers van de klassen en maken verslag op. Dit verslag is een vast punt op de personeelsvergadering, waar voorstellen besproken en al dan niet goedgekeurd worden.
  • De schoolraad.
  • Het oudercomité